Lees voor
verlaat site!
wis bezoek
meldpunt
taal

Shirin Musa in debat met Reint Jan Renes

16 maart 2018

Idee, het politiek-wetenschappelijk tijdschrift van de Mr. Hans van Mierlo Stichting, het wetenschappelijk bureau van D66. vroeg Shirin Musa op papier in debat te gaan met Reint Jan Renes over overheidsinmenging op het gebied van moraal. De postercampagne die Femmes for Freedom in Rotterdam voerde, stond centraal in dit debat. 

Idee 2018-1

Rubriek sociaal-liberaal debat

Stelling:

In een democratische rechtstaat heeft de overheid zich niet te bemoeien met de moraal van haar burgers. Door mensen de les te lezen met campagnes zoals de Rotterdamse postercampagne ‘In Nederland kies je je partner zelf’, die vrije partnerkeuze aan de orde stelt, stelt zij zich paternalistisch op en mengt zij zich te veel in het privéleven van haar burgers. 

Tegen: Shirin Musa, directeur Femmes for Freedom

Als D66 vraagt om een onderzoek naar #MeToo in de politiek hoor ik niemand zeggen dat de overheid zich niet met de moraal van haar burgers moet bemoeien. De overheid bemoeit zich elke dag met de moraal. Ze zet zich in tegen discriminatie van homo’s, meer vrouwen in raden van bestuur en wat niet al. De overheid moet zich niet met moraal bemoeien als het gaat om de vraag wat mijn seksuele keuze is. Maar juist in een democratische rechtstaat heeft de overheid de plicht zich met moraal te bemoeien als het gaat om de moraal van een gemeenschap die mij mijn rechten ontzegt.

 De gedachte dat vrouwen geen recht op seksuele zelfbeschikking hebben, leidt tot vreselijk geweld tegen hen. Er is hierover een diepgaande discussie nodig binnen en met al deze gemeenschappen, niet alleen de islamitische gemeenschap. Maar die is moeilijk tot stand te brengen. Zo spraken recentelijk Hindoestaanse meisjes zich uit over de seksuele mishandeling binnen hun gemeenschap, gevolgd door een oorverdovend zwijgen van de overheid. De overheid is bang om voor racist uitgemaakt te worden. Altijd weer zit de overheid met de mannelijke machthebbers uit de gemeenschappen aan tafel, die politiek correcte dingen zeggen en het tegenovergestelde doen. Vrouwen zijn maar mondjesmaat gesprekspartner van de overheid. Wees dan niet verbaasd dat in deze gemeenschappen achter gaan lopen, niet alleen bij de Nederlandse maatschappij, maar vaak ook bij de ontwikkelingen in de landen waar ze uit afkomstig zijn. De kosten voor individuen, maar ook voor de Nederlandse maatschappij als geheel, zijn enorm. Daarom ben ik zo blij dat we nu met de gemeente Amsterdam een campagne kunnen opzetten om het recht op vrije partnerkeuze op de agenda te krijgen.

Paternalistisch? Ruim 40 jaar geleden bevochten vrouwen het recht op seksuele zelfbeschikking voor de toenmalige Nederlandse vrouwen. En nu hoor ik Nederlandse vrouwen zeggen dat het etnocentrisch of islamofoob is om in een campagne te zeggen dat vrije partnerkeuze een recht voor iedereen is. Beslissen anderen voor mij – ik ben een trotse moslima – wanneer de islam (of welke andere gemeenschap dan ook) en ikzelf klaar zijn voor vrije partnerkeuze? Dat is pas paternalistisch.

 We vinden het progressief om over geweld tegen vrouwen in de derde wereld te spreken, maar als Femmes for Freedom het het geweld tegen vrouwen in Nederland aan de orde stelt, krijgen we naar ons hoofd dat we extreem-rechts steunen. Wat een hypocrisie. Steun de mannen en vrouwen in patriarchale gemeenschappen die willen emanciperen. Mensenrechten zijn voor iedereen.

 Voor: Reint Jan Renes, lector crossmediale communicatie aan de Hogeschool Utrecht

Vrije partnerkeuze, best een nobel streven. Toch wringt de eenzijdige, moralistische aanpak. 

Het klinkt stoer ‘In Nederland kies je je partner zelf’. Echter, er klopt weinig van. Genoeg ouders die liever niet willen dat hun witte zoon hand in hand loopt met een leuke moslimjongen. Ook zal er weinig enthousiasme zijn wanneer een meisje uit Rotterdam Zuid besluit te zoenen met een jongen uit 020.  

De Rotterdamse campagne past goed in de landelijke trend om weerbarstige samenlevingsvraagstukken simplistisch te duiden. ‘Zet een streep door discriminatie’. ‘Jongens moeten weer jongens zijn’. Tuurlijk joh. De neiging om nuances te reduceren tot snelle, eendimensionale soundbites is buitengewoon hardnekkig. Klare taal als antwoord op de groeiende behoefte aan stoere meningen. Dat vaststaande opinies opmerkelijk onbuigzaam zijn en een normatieve campagne (‘wij doen het goed en jullie zijn fout’) weerstand creëert, tegenstellingen benadrukt en een goed gesprek bijna onmogelijk maakt, wordt gemakshalve genegeerd. 

Studies laten keer op keer zien dat mensen de neiging hebben hun eigen gelijk te omarmen en alles wat er tegenin gaat af te wijzen. Via paternalistische campagnes anderen overtuigen van hun ongelijk is in het geval van cultureel-sensitieve thema’s als discriminatie en partnerkeuze dan ook weinig effectief. 

Om individuen mee te nemen in een gezamenlijk verhaal is het noodzakelijk heel goed te luisteren. Wanneer mensen voelen dat ze niet serieus worden genomen groeit de weerstand. Wil je als overheid echt iets samen realiseren, negeer dan je eigen gelijk. Kijk met empathie naar de ander. Zie het als een gezin. Als we de hele tijd op een poster opschrijven hoe de andere gezinsleden het beter moet doen, krijg je een vervelende sfeer in huis. In plaats daarvan kun je beter zeggen: we wonen hier samen en jij bent net zo belangrijk als ik.  

Verandering is altijd kwetsbaar, daarom is het belangrijk dat mensen voelen dat ze gehoord worden. Geen simpele normatieve ‘zo moet het’ campagnes. Neem de tijd om in gesprek te gaan. Luister met volle aandacht. Accepteer dat je niet alles (beter) weet. Sta open voor nieuwe inzichten en pas waar mogelijk je eigen mening en plannen aan.  

Het zou zo mooi kunnen zijn. Een constructieve dialoog over omgangsvormen en partnerkeuzes met als uitkomst het wederzijdse inzicht dat dingen veel ingewikkelder in elkaar zitten dan op het eerste gezicht lijkt.  

In Nederland kies je je partner zelf? Een streep door discriminatie? Jongens moeten weer jongens zijn? Was het maar zo simpel. 

Reactie Shirin Musa

Als ik het zo bekijk is Dhr. Renes het met me eens dat de overheid zich in een democratische rechtstaat best mag bemoeien met dit soort zaken, maar vraagt hij zich vooral af of het wel op de goede manier gebeurt. Op zijn opmerkingen daarover ga ik graag in.

“De aanpak is eenzijdig en moralistisch”: ik denk dat de aanpak minder eenzijdig en moralistisch is dan Dhr. Renes veronderstelt. Sommigen hebben de campagne weggezet als etnocentrisch en islamofoob zonder hem ooit goed te bekijken. De campagne is niet gericht op een specifieke gemeenschap, maar op alle patriarchale gemeenschappen waar de gemeenschap vindt dat ik het recht niet heb om over mijn eigen seksualiteit te beschikken. Op de foto’s in Rotterdam stonden dan ook personen van allerlei pluimage. Waar de gemeenschap ons het recht op eigen keuzes ontzegt, hebben de ouders er natuurlijk ook moeite mee dat we zelf keuzes maken. De ouders met witte zoon worden dus hopelijk ook aangesproken door de campagne, maar ze zijn niet de eerste doelgroep, dat zijn de jongeren uit die gemeenschappen. Het voorbeeld van een meisje uit Rotterdam Zuid en een jongen uit 020 is flauw: Dhr. Renes weet heel goed dat het meisje uit  Rotterdam Zuid niet aan geweld blootstaat omdat ze dit doet. De vrouwen waarop de campagne zich richt wel. Dit soort bagatellisering van het gruwelijke geweld tegen vrouwen en meisjes die hun eigen keuzes maken, maakt me verdrietig.

“Via paternalistische campagnes anderen overtuigen van hun ongelijk is in het geval van cultureel-sensitieve thema’s als discriminatie en partnerkeuze dan ook weinig effectief.”

De campagne is bedacht door jongeren uit patriarchale gemeenschappen en is gericht op jongeren uit die gemeenschappen zelf. Hoezo “paternalistisch” en “anderen overtuigen van ongelijk”?Dat het college in Rotterdam de eerste was die iets in de campagne zag en dat het daar door een wethouder van Leefbaar Rotterdam getrokken werd, doet daar niets aan af. Hoofddoel van de campagne is om jonge vrouwen en mannen uit die gemeenschappen die twijfelen of zij hun eigen keuzes kunnen maken een hart onder de riem steken: “het is normaal wat je wil; kom op voor je rechten”. Linksom of rechtsom, dat is een prima doel. Uiteindelijk hopen we natuurlijk ook dat dit leidt tot een discussie binnen de gemeenschappen, maar we begrijpen ook wel dat dat meer vergt dan 1 campagne. Daarnaast hoopten we met de campagne een discussie los te maken binnen overheid en politiek, en dat is in ieder geval gelukt :). We vinden dat overheid en politiek steeds te bang zijn om de machthebbers (de mannen) in de patriarchale gemeenschappen tegen zich in het harnas te jagen; de overheid en politiek organiseren steeds maar goede gesprekken organiseren waar die mannen politiek correcte dingen mogen zeggen, waarna alles blijft zoals het is. Dat is niet langer acceptabel. De overheid en politiek moeten positie kiezen, en ons vrouwen duidelijk maken dat ze aan onze kant staan en onze rechten beschermen.

Hoe effectief een dergelijke campagne is, hangt er helemaal van af wat er omheen georganiseerd wordt: gaan we de discussie op scholen en universiteiten aan? Maken we die discussie onderdeel van lespakketten? Ik ga die discussie aan op opleidingen die ik bezoek, en ik kan u vertellen dat hij niet makkelijk is. Maar de reactie van de jongeren die zich gesteund voelen, maakt het de moeite waard.

Tenslotte: met deze campagne is het probleem niet opgelost en de perfecte campagne bestaat niet. De sufragettes hebben jarenlang moeten strijden voor vrouwenkiesrecht. De minachting voor ongehuwde moeders binnen de Nederlandse gemeenschap tot diep in de jaren zestig was ook niet zo maar verdwenen. Maar uiteindelijk verandert het tij. Het kan lang duren, het kan kort duren, maar vrouwen en mannen uit patriarchale gemeenschappen zullen zelf over onze seksualiteit kunnen beschikken. Wij zullen zoenen wie we willen.

Deel, mail of print deze pagina
Icon Facebook Icon Twitter Icon LinkedIn Icon e-mail Icon WhatsApp Icon Printen